20598
- wetsvoorstel
Nieuwe regeling voor terugvordering en verhaal van kosten van bijstand - Hoofdinhoud
Dit wetsvoorstel werd op 21 juni 1988 ingediend door de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, De Graaf i.
Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is verhaal verplicht te stellen, te onderscheiden tussen terugvordering van bijstandskosten van degenen die bijstand hebben ontvangen en verhaal van bijstandskosten op derden en ter zake een nieuwe regeling te geven, alsmede daarmee verband houdende wijzigingen in andere wetten aan te brengen.
Inhoudsopgave
Stand van zaken
Procedure regeringswetsvoorstel
Kamer
Kamer
treding
Als novelle i bij dit wetsvoorstel is ingediend Wijziging van het voorstel van wet houdende een nieuwe regeling voor de terugvordering en verhaal van kosten van bijstand.
Kerngegevens
Ingediend
21 juni 1988
Volledige titel
Nieuwe regeling voor terugvordering en verhaal van kosten van bijstand
Ondertekening memorie van toelichting
Kamercommissies
Uit de memorie van toelichting
Een wetsvoorstel tot herziening van de verhaalsparagraaf in de Algemene Bijstandswet werd reeds eerder door de Staten-Generaal behandeld. Het betreft wetsvoorstel 18813, houdende wijzigingen van bepalingen inde Algemene Bijstandswet die betrekking hebben op het verhaal van kosten van bijstand, dat op 21 december 1984 bij de Tweede Kamer werd ingediend (Tweede Kamer, vergaderjaar 1984-1985, 18813, nrs. 1-39, en Eerste Kamer, vergaderjaar 1985-1986, 18813, nrs. 140-140d). Dat wetsvoorstel werd op 20 mei 1986 door de Eerste Kamer verworpen. Het voorstel strekte ertoe gemeenten te verplichten bijstand te verhalen in de gevallen waarin thans de bevoegdheid tot verhaal bestaat. Tevens werd in het wetsvoorstel een onderscheid gemaakt tussen terugvordering van kosten van de betrokkene zelf en verhaal op derden, met daaraan verbonden verschillende procedures. De bestaande verhaalsprocedure werd vereenvoudigd en de rechterlijke tussenkomst werd beperkt. De gemeente zou over het terug te vorderen of te verhalen bedrag zelfstandig kunnen beslissen en de beslissing ten uitvoer kunnen leggen. Voor de vaststelling van het te verhalen bedrag in verband met de wettelijke onderhoudsplicht zouden bij algemene maatregel van bestuur regels worden gesteld. Bij de parlementaire behandeling is gebleken dat over de algemene uitgangspunten van het voorstel in brede kring overeenstemming bestond, met name ten aanzien van de verhaalsplicht en het onderscheid tussen terugvordering van de bijstandsontvanger en verhaal op derden. Bezwaren bestonden in het bijzonder tegen de procedurele aspecten van de nieuwe regeling en de wijze waarop de afstemming tussen de burgerrechtelijke onderhoudsplicht en het verhaalsrecht had plaatsgevonden. Het kabinet is van mening dat de verwerping van dat voorstel er niet toe behoort te leiden dat de huidige praktijk van ongelijke uitoefening door de gemeenten van het verhaalsrecht blijft bestaan. Veel gemeenten besteden onvoldoende aandacht aan verhaal. De bestaande verschillen leiden tot rechtsongelijkheid en hebben een verzwaring van de collectieve lasten tot gevolg. Ten einde te voorkomen dat bestaande terugvorderings-en verhaalsmogelijkheden achterwege worden gelaten of in de toekomst in steeds sterkere mate onbenut blijven ten koste van de bijstandskas, blijft het noodzakelijk de bestaande regeling te wijzigen. Daarom wordt thans een nieuw wetsvoorstel bij de Tweede Kamer ingediend. In deze toelichting wordt eerst een overzicht gegeven van de bestaande regeling en vervolgens ingegaan op de uitgangspunten van het nieuwe voorstel. De voorgestelde wijziging van het verhaalsrecht maakt tevens een aanpassing nodig van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), welke wetten thans een overeenkomstige regeling bevatten voor de terugvordering van uitkeringen als de Algemene Bijstandswet.
Nota's van wijziging en amendementen
Documenten
1 |
14 april 1992, behandeling, 22397, Blz. 1001 - 1094
140492 1 3 De gezamenlijke behandeling van de wetsvoorstellen: -Nieuwe regeling voor terugvordering en verhaal van kosten van bijstand - Handelingen Eerste Kamer 1991-1992 14 april 1992 orde 3 vergadering: 14 april 1992 |
1 |
18 februari 1992, nr. 213a
KST20598N213aK1 Nota naar aanleiding van het verslag |
1 |
4 februari 1992, verslag, nr. 213
KST20598N213K1 Verslag van de vaste commissie voor sociale zaken en werkgelegenheid |
2 |
25 oktober 1991, brief, nr. 19
KST20598N19K2 Brief van De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid |
1 |
3 januari 1991, nr. 79a
KST20598N79aK1 Nadere memorie van antwoord |
1 |
14 november 1990, nr. 79
KST20598N79K1 Naoer voorlopig verslag van de vaste commissie voor sociale zaken en werkgelegenheid |
1 |
7 september 1990, memorie van antwoord, nr. 179b
KST20598N179bK1 Memorie van antwoord |
1 |
24 augustus 1990, voorlopig verslag, nr. 179a I
KST20598N179a IK1 Voorlopig verslag van de vaste commissie voor sociale zaken en werkgelegenheid |
1 |
24 augustus 1990, voorlopig verslag, nr. 179a
KST20598N179aK1 Voorlopig verslag van de vaste commissie voor sociale zaken en werkgelegenheid |
1 |
9 april 1990, nader gewijzigd voorstel van wet, nr. 179
KST20598N179K1 Tweede nader gewijzigd voorstel van wet |
2 |
3 april 1990, stemming(en), Blz. 3203 - 3244
030490 2 5 De stemmingen in verband met het wetsvoorstel Nieuwe regeling voor terugvordering en verhaal van kosten van bijstand - Handelingen Tweede Kamer 1989-1990 03 april 1990 orde 5 vergadering: 3 april 1990 |
2 |
30 maart 1990, brief, nr. 18
KST20598N18K2 Brief van De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid |
2 |
30 maart 1990, nota van verbetering, nr. 17
KST20598N17K2 Derde nota van verbetering |
2 |
28 maart 1990, behandeling, Blz. 3077 - 3138
280390 2 6 De voortzetting van de behandeling van het wetsvoorstel IMieuwe regeling voor terugvordering en verhaal van kosten van bijstand - Handelingen Tweede Kamer 1989-1990 28 maart 1990 orde 6 vergadering: 28 maart 1990 |
2 |
22 maart 1990, nader gewijzigd voorstel van wet, nr. 16
KST20598N16K2 Nader gewijzigd voorstel van wet |
2 |
22 maart 1990, nota van wijziging, nr. 15
KST20598N15K2 Vijfde nota van wijziging |
2 |
22 maart 1990, nota van wijziging, nr. 14
KST20598N14K2 Vierde nota van wijziging |
2 |
22 maart 1990, nota van wijziging, nr. 13
KST20598N13K2 Nota van wijziging |
2 |
22 maart 1990, behandeling, Blz. 2965 - 3010
220390 2 6 De voortzetting van de behandeling van het wetsvoorstel Nieuwe regeling voor terugvordering en verhaal van kosten van bijstand - Handelingen Tweede Kamer 1989-1990 22 maart 1990 orde 6 vergadering: 22 maart 1990 |
2 |
22 maart 1990, behandeling, Blz. 2965 - 3010
220390 2 4 De behandeling van het wetsvoorstel Nieuwe regeling voor terugvordering en verhaal van kosten van bijstand - Handelingen Tweede Kamer 1989-1990 22 maart 1990 orde 4 vergadering: 22 maart 1990 |
2 |
4 juli 1989, nota van verbetering, nr. 12
KST20598N12K2 Tweede nota van verbetering |
2 |
15 juni 1989, gewijzigd voorstel van wet, nr. 11
KST20598N11K2 Gewijzigd voorstel van wet |
2 |
5 juni 1989, nota van wijziging, nr. 10
KST20598N10K2 Tweede nota van wijziging |
2 |
5 juni 1989, nota, nr. 9
KST20598N9K2 Nota naar aanleiding van het eindverslag |
2 |
10 mei 1989, eindverslag, nr. 8
KST20598N8K2 Eindverslag |
2 |
17 februari 1989, nota van wijziging, nr. 7
KST20598N7K2 Nota van wijziging |
2 |
17 februari 1989, memorie van antwoord, nr. 6
KST20598N6K2 Memorie van antwoord |
2 |
25 oktober 1988, voorlopig verslag, nr. 5
KST20598N5K2 Voorlopig verslag |
2 |
18 juli 1988, nota van verbetering, nr. 4
KST20598N4K2 Nota van verbetering |
2 |
21 juni 1988, memorie van toelichting, nr. 3
KST20598N3K2 Memorie van toelichting |
2 |
21 juni 1988, voorstel van wet, nr. 2
KST20598N2K2 Voorstel van wet |
2 |
21 juni 1988, Koninklijke boodschap, nr. 1
KST20598N1K2 Koninklijke boodschap |
2 |
10 juni 1988, advies Raad van State, nr. B
KST20598NBK2 Advies van de raad van state, nader rapport |
2 |
1 januari 1987, memorie van toelichting, nr. A
KST20598NAK2 Oorspronkelijke tekst van het voorstel van wet en van de memorie van toelichting zoals voorgelegd aan de raad van state voorzover nadien gewijzigd |